JAC MARIS

Het bijgebouw.

Dit bijgebouw functioneerde als paardenstal. In het achterste deel stond het paard Danger van Jac. Maris. Nadat ook Els Tervoort zich een paard had aangeschaft, bouwde Maris er later een tweede kleinere stal aan vast.
De muren van deze tweede stal voorzag hij van acht kunstwerken. Naar eigen zeggen gebeurde dit omdat hij metselbakstenen voor de bouw tekortkwam. Ook Els Tervoort zelf droeg één (kunst)steentje bij.

Johannes de Evangelist
Johannes is afgebeeld met zijn symbool de adelaar.
Jac Maris exposeerde drie maal een kop van Johannes: in 1935, 1938 en 1941. Deze kop is ongetwijfeld een van de geëxposeerde. In deze periode ambieerde hij grote opdrachten van de kerk en liet dat zien met deze forse en suggestieve evangelistenkop. In december 1954 werd dit werk afgebeeld in De Bazuin, een publicatie van de Dominicanen, die vaker hun blad illustreerden met werk van Maris In een particuliere verzameling bevindt zich nog een kop van Johannes, anders van vormgeving.

Trio heiligen
Wie Jac Maris hier heeft afgebeeld is ons onbekend.
Het werk is gemaakt in dezelfde trant als het trio heiligen.

Zelfportret
Is dit hoofd met vlinderdas een zelfportret van Maris,
een portret van zijn broer, van Chopin, een andere musicus, of van nog iemand anders? Er zijn verschillende suggesties gedaan door mensen uit Maris’ omgeving, maar in feite weten we het niet. Als dit een zelfportret zou zijn, dan is dat het enige zelfportret in steen dat we van de beeldhouwer hebben. Als u een vermoeden hebt wie Maris hier heeft uitgebeeld, laat het ons weten.